Babies

Terwijl de hele campus zich klaarmaakte voor een voetbalwedstrijd van Togo tegen Ivoorkust, kwam een wanhopige vader op de campus aan. In zijn armen een baby van ongeveer 3 maanden. Het verhaal werd niet helemaal duidelijk omdat hij zo overstuur was, maar schijnbaar was de moeder ‘gek’ geworden (zo beschreef hij het), had zelfs geprobeerd de baby te schoppen en nu was er niemand om voor het kind te zorgen. Of we een weeshuis in de buurt wisten of een andere oplossing konden vinden. Hij was duidelijk ten einde raad.

De vader naar huis gestuurd en gevraagd morgen terug te komen, als hij wat meer tot zichzelf gekomen was. We zouden in elk geval vannacht voor hem zorgen. Het ventje werd meegenomen naar boven, natuurlijk kunnen we zo’n kind niet wegsturen naar een weeshuis. Er bleek geen babymelkpoeder aanwezig op de basis en ‘t ventje huilde zichzelf in slaap. Wilson en ik om 8 uur ‘s avonds op zoek naar een apotheek waar we de melkpoeder konden kopen.  2 uur later terug met een blik melkpoeder en een papfles. Er was geen apotheek dichterbij.
Toen het volgende probleem: de baby wilde niet drinkenuit een papfles! Met een spuitje kleine beetjes in zijn mond gespoten, want hij had al uitdrogingsverschijnselen. Wie ging deze nacht voor de baby zorgen? Ben ik het Heere? ‘k Had het al voorgelegd aan Wilson. Maar we twijfelden allebei. Hoe lang zou het duren? Amy noemde al het woord adoptie en dat was niet direct waar wij aan denken op het moment. (Ik ben namelijk in verwachting!) Het antwoord liet gelukkig niet lang op zich wachten:

Estelle kwam binnenlopen, zich afvragend waar dat baby-gehuil vandaan kwam. Ze is verpleegster en helpt in de kliniek, vooral de babies. Zij en haar man kunnen geen kinderen krijgen, ze is inmiddels 40.  Als ze de baby ziet, is ze verkocht. Op de vraag of zij die nacht voor hem wil zorgen hoeft ze niet lang na te denken. Estelle slaapt in de kamer naast ons.  Terwijl we samen naar onze kamers lopen, zij met de baby, vraag ik me af hoe haar man zal reageren. “Hoi schat, we hebben een baby vannacht!” Die nacht slapen we geen van allen veel. Elke keer als de baby begint te huilen, zijn wij ook wakker en bidden dat het ventje weer zal gaan slapen, of zal willen drinken. De volgende ochtend slaperige gezichten. De baby die Eric blijkt te heten, heeft koorts. Gelukkig gaat het in de loop van de dag beter. Estelle is in de wolken, heeft het ventje al gelijk in haar hart gesloten. Die dag wordt er veel gedacht en gepraat. Wat te doen als de vader komt? We zijn geen weeshuis, kunnen niet zomaar kinderen hier opvangen.

Tegen de avond komt de vader. De verschillende opties worden voorgelegd. Het beste zou natuurlijk zijn als iemand in de familie voor Eric kan zorgen. Maar hij weet niet wie. Het is wel duidelijk dat hij zelf ontzettend van het ventje houdt en hem niet zonder hartzeer achterlaat.

Een andere optie is het kind naar een weeshuis brengen tot het oud genoeg is en dan weer ophalen.

Of hij geeft het kind ter adoptie. Estelle en haar man zijn bereidt daarover na te denken.

De vader gaat naar huis om het met de familie te bespreken. Komt een paar dagen later terug. Nog geen oplossing gevonden. Weer de opties voorgelegd. Hij is weer vertrokken voor een discussie met de familie. Eric is hier nu al 2 weken, veranderd met de dag en steelt ieders hart, vooral dat van Estelle en haar man. Een moeilijke situatie. We bidden voor de moeder, voor Gods wil in Erics leven. En ondertussen is ons blok benoemd tot het ‘babyblok’.

In ons blok zijn 4 kamers met echtparen die samen de douches en toilet delen. Het eerste echtpaar heeft een zoontje van 2. Het andere echtpaar is zwanger van hun eerste kindje, en het derde echtpaar heeft nu (tijdelijk) een baby. En wij als laatste echtpaar in het blok verwachten in augustus ook een baby!

Waarschijnlijk doen we de bevalling in Togo, tenzij er complicaties opdoen tijdens de zwangerschap. Ik voel me behoorlijk goed, misselijk geweest maar niet echt overgeven. Wel erg moe, maar het is hier oke om half 9 op bed te liggen. Om half 10 is het zoiezo stil op vrijwel de hele campus J. Afgelopen dinsdag hebben we het verteld op de stafvergadering. We moesten in het midden gaan zitten en iedereen stond om ons heen en heeft voor ons gebeden. Een mooi moment, waarin we de zegen ervaren van het leven op een basis waar God zo centraal staat!