Het lijden van 'hazelip-moeders'

Op dit moment worden er aan boord veel operaties gedaan voor kinderen met een hazelip en/of open verhemelte. In het centrum hebben we op dit moment zo’n 5 van deze kinderen. Het babietje van 3 maanden dat bij ons in huis was de eerste weken, een baby van 4 maanden die nog geen 6 pond woog bij aankomst (geboortegewicht was 8 pond), en een ventje van 1 jaar. Elk van hen heeft een verhaal, maar wat ze allemaal gemeen hebben is: familie en bekenden kijken met afschuw naar hun kind, en zelf vragen ze zich verbijsterd af waarom zij zo’n kind moesten krijgen. 

Chantal houdt haar kleintje bezorgd tegen zich aangedrukt. Haar hele dag draait om het in leven houden van dit kleine ventje. 4 maanden oud is hij niet groter dan een klein babietje. In alles wat ze doet straalt de liefdevolle zorg van een moeder af. Ik vraag naar de geboorte en hoe het was die eerste maanden. Ze vertelt, van de blikken vol afgrijzen, de problemen om te kunnen voeden, hoe moeilijk het was om te zien dat niemand echt blij lijkt en van het kind kan houden. En jij? Vraag ik. Bijna verontwaardigd heftig reageert ze: ‘IK? Too much! ’t Is Gods genade, maar hij is mijn alles!’ ’t Is zo mooi hoe dit ventje werkelijk elke keer het gezicht van zijn moeder zoekt. Er is een band tussen die 2 die niet te verbreken is! Het is een genot om naar die 2 te kijken.
Op een dag kom ik  met Wilson ,de vertaler, de zaal binnen en mijn ogen vallen bijna uit mijn hoofd van verbijstering. Deze zelfde moeder behandelt haar baby zoals mijn broers vroeger met mijn poppen deden om me boos te krijgen! Ze tilt hem op aan zijn armen, aan zijn hoofdje, draait hem rondjes, pakt zelfs zijn enkeltjes beet en hangt hem als een jojo ondersteboven! ’t Is dat ik weet hoe zorgzaam ze altijd is. De baby huilt ook niet, geeft af en toe alleen wat kreuntjes. Vervolgens smeert ze hem stevig in, wat lijkt op een stevige massage die ik alleen aan een volwassene zou geven, niet aan een ondervoede baby.  Ik ben verbijsterd, maar hou wijselijk mijn afgrijzen voor me.  ‘ Chantal, waarom doe je dat?’ Ze kijkt me met een blij lachend gezicht aan, terwijl ze zijn nekje naar links en rechts draait: dat doe ik al sinds zijn geboorte. Dan blijft hij soepel en lenig!
‘Oke?’ Ik kijk naar Francois die met zijn grote ogen zijn moeder weer aankijkt. Hij huilt niet, ziet er niet naar uit aslof hij pijn heeft. Ik schud mijn hoofd. Als ze dit in NL deed had ze een probleem. Chantal schiet in de lach.  Ik ook. Wie is er nou gek? Geen haar op mijn hoofd die erover denkt dit te doen met een baby. Maar ’t is bizar een baby te zien die dit schijnbaar wekelijks ondergaat en zo’n hechte band heeft met zijn moeder! Is hij er aan gewend geraakt? Of kan een baby dit gewoon hebben, mits de moeder het met beleid doet? Was ik leniger geweest als mijn moeder het bij mij had gedaan? :-) Misschien zijn wij daarom 'stijf in de heupen!'

Francois’ oma kon niet wachten op de operatie van haar kleinzoon. Vorige week liet ik haar een foto zien van een voor- en na de operatie van een vorige patient met hazelip. Ze kon haar ogen niet geloven. Andere vrouwen moesten erbij komen om te zien of het werkelijk dezelfde baby was. Ik zat zelf met tranen in mijn ogen toen ik die ogen van oma vol ongeloof en hoop naar de foto zag kijken. Het hebben van zo’n baby is een kruis die wij maar nauwelijks kunnen voorstellen. De dag voor de operatie kon ze haar spanning bijna niet kwijt. Gisteren is Francois geopereerd. In 3 weken tijd is hij een mollig ventje geworden. Toen oma en moeder hem na de operatie zagen, met gesloten bovenlip, begon oma te huilen.  

Een andere moeder vertelt haar verhaal: De dag waarop haar zoontje werd geboren, is de vader vertrokken. Ze weet niet waarheen.  Een oudere zus adviseerde om wel bij de schoonfamilie te blijven, zodat dat contact zou blijven. Schoonvader wilde haar echter uit huis hebben, zo’n kleinkind is een schande voor het gezin. Maar schoonmoeder steunde haar schoondochter. Uiteindelijk werden zowel oma als moeder uit huis gezet. Samen wonen ze nu bij een oom. Ongelooflijk... dat allemaal omdat je kind een hazelip heeft! Ze vroeg of ik wilde bidden dat haar man weer terug zou komen nu haar zoon straks genezen zou zijn. Weer kan ik er met mijn Westerse hoofd niet bij. Zo’n kerel verdient jou en je kind niet meer! Maar daarachter komt in mijn hoofd: God wil hereniging, vergeving en verzoening. Samen met de andere moeders die erbij zitten bidden we. Voor haar en de pijn die hen is aangedaan. Voor de vader en schoonvader, en of God hen weer wil samenbrengen. Heere, laat Uw wil geschieden.
De volgende avond belt Wilson me op. De moeder kwam net dolgelukkig naar hem toe. Haar man heeft gebeld! Voor het eerst in 1,5 jaar zoekt hij weer contact met haar. Hij zit nu in het buitenland, maar wil terugkomen om haar en hun zoon te zien. 

Ik miste thuis de afgelopen week. Zomaar weer even gewoon 'gewoon' kunnen zijn. Eigen taal praten, boterham met hagelslag eten, bakje thee bij vriendinnen drinken.  Tegelijkertijd zie ik al deze wonderen om me heen gebeuren. Ik zie hoe Gods Geest vrede en blijdschap brengt. Ik las gisteren psalm 126. Dat is wat hier gebeurt. Dat is het lied van de moeders in het centrum. Een lied van hoop, verandering, een nieuwe tijd! Ach, dan moeten die gezellige uurtjes thuis maar weer even wachten. Een mens kan niet alles hebben tenslotte!