3sept.struggelend de 2e week door
Deze week is het net een reunie! Zo'n 5 patienten van april zijn terug voor hun 2e operatie. 't werk is afwisselend en veelzijdig. Toch even een boekje open over de struikelblokken de eerste weken.
Gaandeweg begin ik een beetje mijn weg te vinden. Ik heb nu een paar keer lesgegeven aan 4 a 5 kinderen, de vrouwen zijn aan het breien en haken geslagen, verschillende mannen lezen nu of zijn aan een bouwpakket bezig. Probleem met het breien is, dat ik alleen de basiskennis heb, en al heel lang geen muts o.i.d. in elkaar heb gezet. Nu is er een vrouw gekomen die in 1 dag een babysokje heeft gebreid! Prompt wil iedereen ook zo'n sok maken, maar ik weet niet hoe het moet. En elkaar leren hebben ze schijnbaar niet veel tijd en/of geduld voor. Er komt op dit moment teveel op me af om te gaan zitten en die sokjes zelf te leren breien, dus ik laat ze maar even rechttoe rechtaan breien, desnoods wordt het dan maar een sjaal!
Na 2 weken heb ik tussendoor ook de spelotheek ongeveer opgezet. Maar de eerste viltstiften zijn in de eerste rommelfase alweer verdwenen. Te merken dat iemand dus waarschijnlijk spullen achterover drukt, maakt me dan ineens zo boos van binnen! Wantrouwen naar anderen toe vind ik vreselijk! Ik moet dus als een waakhond op mijn spullen passen, maar ben de helft van de tijd aan boord. Dus alles staat nu steeds achter gesloten deuren, wat me dus 40x per dag met een sleutel heen en weer doet lopen. En elke keer moet ik aan het eind van de dag weer bedenken wie wat had geleend. Nu het uitleensysteem ongeveer rond is, zal dat hopelijk wat eenvoudiger werken.
Wat ik ook moeilijk vind is het feit dat ik geen enkele leidraad heb. Alles moet ik zelf opzetten, uitzoeken, organiseren. Van alle kanten krijg ik tips en adviezen. Die ik best kan gebruiken, maar ik heb maar 2 handen en 1 hoofd, dus alles wat kan, kan niet in 2 weken al gebeuren. Soms vergeet ik dat, en door al die goede tips krijg ik alleen maar meer het idee dat ik achterloop op wat ik zou moeten kunnen.
't Is al een paar keer gebeurd dat ik een dagplanning maak, blij met de spullen aan kom lopen, om vervolgens een paar meiden met een tafel vol stickers en materiaal de kinderen zie vermaken. Ze hebben een vrije dag en komen gezellig even langs om de kids te verwennen! Wat natuurlijk geweldig is! Maar ik moet daartussendoor dus mijn eigen plan zien uit te voeren. Deze week ga ik met 4 grove ideeen naar het HC en kijk welke het beste uitgevoerd kan worden. Soms komt er uiteindelijk een 5e plan :-).
We hebben 2 teams, de ene helft werkt maandag tot woensdag, de andere donderdag tot zaterdag. Om beurten nemen ze de zondag waar. Het ene team bestaat uit vooral mannen, die onderling veel lol maken en me graag helpen. Een heeft echt gevoel voor het lesgeven, geduld en liefde voor de kinderen, en overlegt in elk geval als hij een beter idee heeft. Het andere team is overwegend vrouwen. Ik heb het gevoel dat zij me wel accepteren, maar geen stap extra zetten als het gaat om mij helpen met gesprekken voeren e.d. En lesgeven boeit hen niet. Vandaag had ik zelfs voor het eerst een botsing met een dagwerkster, die ik vroeg te vertalen. Ipv te vertalen ging zij zelf de les draaien, en mijn opmerkingen werden al snel genegeerd. Weer voor niks voorbereid! Voor het oog van de kinderen uitte ik mijn frustratie behoorlijk direct. Wat typisch Nederlands schijnt te zijn. Of het nou een goede of slechte eigenschap van ons is? Sommigen vinden het heerlijk te weten waar ze aan toe zijn, anderen zijn beledigd. 'k Heb het weer rechtgezet met haar, ze snapte me best. En toen bleek dat ik 10 min. daarvoor niet goed naar haar had geluisterd! Sorry...
Tot op heden ben ik vooral praktisch bezig geweest, zorgen dat de mensen wat te doen hebben. Verschillende bijbels heb ik uit mogen delen, maar echt diepe gesprekken zijn er nog niet geweest. Is dat de taalbarriere of ben ik daar gewoon niet goed in? Of wil ik teveel tegelijk?
'k voel me nog niet altijd zeker in de positie waar ik zit, maar God is er. 'k Lees deze week van David, die de wereld zag door ogen van geloof, waardoor een getrainde reus veranderd in een spotter zonder God aan zijn zij, dus zwak. Zo wil ik ook elke dag de probleempjes zien, in de wetenschap dat ik de problemen niet in mijn eentje hoef te overwinnen, maar dat God wil voorzien. Hij voorziet in mensen die me op het juiste moment bemoedigen, in ontspanning op zijn tijd, patienten die zichtbaar opbloeien, ontmoetingen die elkaar achter elkaar aanvullen.
In mijn volgende stuk de positieve kant van deze week, Lamatu en haar vader, waar ik helemaal blij van werd!