De campus van Noepe
University of the Nations Noepe
Elke week probeer ik iets te schrijven. Maar nu we in Nederland zijn geweest kom ik erachter dat het voor velen niet helemaal helder is wat we doen hier en hoe we hier leven. Vandaar dat ik de komende weken proberen zal elke keer een onderdeel van ons leven hier toe te lichten. Vandaag onze woonomgeving:
We wonen en werken op een YWAM-basis. YWAM is een internationale, interkerkelijke organisatie die als motto draagt: God kennen en Hem bekend maken. Wereldwijd heeft YWAM zo’n 1000 bases verspreid over 180 landen. Iedereen die werkt binnen YWAM werkt als vrijwilliger, wat betekent dat ze in eigen onderhoud voorzien en daarvoor financieel steun krijgen van familie, vrienden en kerk. Op dit moment werken er zo’n 18.000 vrijwilligers wereldwijd als YWAM-er. In elk land heeft YWAM zijn eigen afkorting. YWAM staat voor Youth with a Mission, in Nederland ‘Jeugd met een Opdracht’ (JMEO), in franstalige landen als Togo ‘Jeunesse en Mission (JEM).
Naast hulpverlening heeft training een grote plaats in de visie van YWAM. Ze bidet een verscheidenheid aan trainingsprogramma’s, die allen gericht zijn op Gods Koninkrijk bouwen in alle lagen van de maatschappij. Dus of het nu een Bijbelschool is, een filmschool, medische school of wetenschappelijke verdieping, centraal staat altijd: Hoe kun je christen zijn en het Evangelie brengen met de kennis die je hier opdoet. Elke training probeert ook een stukje verdieping te geven in het leren leven met of in een andere cultuur. De trainingen zijn kort (3-9 maanden) en worden vrijwel altijd gevolgd door een praktische stage (outreach) in een ander land. Al deze verschillende korte trainingen vallen samen onder de naam University of the Nations.
Omdat wij vooral willen groeien in meer verschillende trainingen op de basis, noemen men het een campus en geen basis (hoewel we deze 2 woorden toch regelmatig allebei gebruiken). Het land dat van YWAM is is groot, 42 hectare. Op dit moment zitten we nog steeds in de pionierfase, we groeien gestaag. Maar een groot deel van de grond is nog onontgind en wacht op het moment dat genoeg geld en vrijwilligers binnenstromen om de visie werkelijkheid te zien worden. Want het bouwplan is er al wel!
YWAM wil niet dat campussen een eilandje worden. We moeten een licht zijn waar God ons zet. Het beeld dat vaak gebruikt wordt op de campus in Noepe is dat van een bron waar verschillende rivieren uit voort vloeien. De trainingen zijn international en stromen over de landsgrenzen heen. Andere rivieren stromen over het land van onze ‘buren’. De kliniek, basisschool en middelbare school die we op de campus hebben zijn daar een voorbeeld van. Ook is er nu een alfabetiseringsprogramma in een naburig dorp en is een echtpaar begonnen met een klein schooltje op te starten in ander dorp. De meeste omliggende dorpen is een mengelmoes van animisme en Christendom. Waar we echter met vaste regelmaat blijven bezoeken vinden we vele open deuren voor het Evangelie! De oogst is rijp hier.
Sinds korte tijd gaat het medische team nu ook naar de gevangenis om daar ‘mobiele kliniek’ te draaien. Een geweldige kans om hulp te bieden en te praten en bidden met mensen die in een hopeloze situatie zijn terechtgekomen.
Op de campus wonen nu zo’n 60 mensen, inclusief 13 kinderen. Woonruimte is beperkt op het moment, dus vooral de vrijgezellen hebben vaak weinig privacy met 4-10 mensen op 1 kamer.
Leerlingen van de basisschool en middelbare school gaan elke dag gewoon naar huis, maar studenten van de andere scholen wonen op de campus. Je snapt dat het elke paar maanden weer een wisseling is van personen en aantallen. Niet altijd makkelijk om steeds weer opnieuw relaties op te bouwen.
Wie op de campus werkt noemen we stafleden. Elk staflid betaalt kostgeld en werkt als vrijwilliger. Dus iedereen leeft van support van familie, vrienden en gemeente. De prijs van het kostgeld is afhankelijk van je land van herkomst. Afrikanen bijvoorbeeld betalen een aanzienlijk lager bedrag dan Europeanen. Omdat het niet voor iedereen makkelijk is voldoende support te vinden, zoekt men manieren om toch iets te verdienen. Veel van hen hebben hun eigen ‘handeltje’ op de campus. Ze doen de was voor anderen, verkopen pinda’s, zeep en tandpasta, bakken snacks en verkopen die, geven een concert als ze muzikaal zijn, enz.
Dit is lang zo gek niet, want de campus ligt 4 km van het dichtstbijzijnde dorp met een winkeltje. Lopen is wat ver en op een taxi moet je meestal lang wachten. In Lomé is vrijwel alles te koop, maar dat is een uur rijden en kost je ongeveer 3 euro.
De campus ligt aan een doorgaande weg die geasfalteerd is, dus we zijn goed bereikbaar. Op de campus zelf is alles onverhard en het pad dat door de campus loopt naar de dorpen erachter ook. In het regenseizoen veranderd het van een stoffige plek in een modderpoel, met steeds meer kuilen. In die tijd gebeurt het nog wel eens dat een auto vast komt te zitten. Maar dat is geen dagelijkse kost en als het gebeurt is het goed dat we in een gemeenschap leven: altijd genoeg mensen om de auto uit de modder te duwen!
Voordeel van het leven in een groepsgemeenschap is ook dat taken worden verdeeld. De toiletten maak je om beurten schoon, afwassen doe je om beurten en koken doet het keukenteam. Nadeel is dat je altijd op dezelfde tijd moet eten, eten moet wat de pot schaft en ‘t is niet altijd je lievelingseten. Soms is er ook maar net genoeg. Maar honger hoeven we nooit te hebben en of het nu lekker is of niet, ‘t is en blijft gezond eten!
Nu willen jullie natuurlijk graag foto’s zien ook, maar het kost nogal wat moeite om die te uploaden. Maar er staan nog wat oude foto’s ook als ik het goed heb.
Volgende keer iets over de basisschool en middelbare school, waar ik (Ellen) vooral werk.